Laatst gewijzigd op: 10-03-2023 om 16:32 uur
IJmond en gezondheid
Voor informatie over gezondheid en leefomgeving kun je contact opnemen met het team leefomgeving
|
In de IJmond (Beverwijk, Heemskerk en Velsen) wordt de leefomgeving zwaarder belast dan in andere gebieden. Dit komt door wegverkeer, (metaal)industrie en scheepvaart. Bewoners van deze regio ervaren meer hinder door stof, geur en geluid. Er is ook meer bezorgdheid over gezondheid en sommige klachten en ziekten komen vaker voor.
Luchtkwaliteit
De luchtkwaliteit in de IJmond voldoet aan de Europese normen, maar niet aan de advieswaarden van de WHO (World Health Organisation). Dat betekent dat de gezondheid beïnvloed wordt door de luchtkwaliteit. Industrie (o.a. van het Tata Steel terrein) veroorzaakt een belangrijk deel van de luchtverontreiniging. Andere bronnen zijn weg- en scheepverkeer. Ook komt een deel van buiten de regio.
Luchtverontreiniging bestaat onder andere uit fijnstof. Fijnstof is een verzamelnaam voor zeer kleine deeltjes en kan bestaan uit verschillende soorten stoffen. Wie aan hogere concentraties fijnstof wordt blootgesteld, heeft mogelijk vaker luchtwegklachten. Op lange termijn bestaat een grotere kans op een longziekte of hart- en vaatziekte. Naast fijnstof hebben ook bijvoorbeeld stikstofoxiden en ozon invloed op de gezondheid. De samenstelling van de lucht verandert onder invloed van weersomstandigheden en de uitstoot van de verschillende bronnen op een dag. Op dagen van slechtere luchtkwaliteit kunnen mensen meer klachten ondervinden.
Zichtbaar stof
Vooral in de directe omgeving van het Tata Steel terrein is sprake van zichtbaar stof, bijvoorbeeld op tuinmeubels en speeltoestellen. Dit stof bestaat uit verschillende onderdelen, waaronder lood en verbrandingsresten. Voor grof stof geldt dat het dichter bij de bron neerdaalt. Simpelweg omdat het zwaarder is dan fijnstof en zich minder ver door de lucht verplaatst.
Inademen van grof stof heeft minder effect op de gezondheid. Het blijft in de regel hangen in de bovenste luchtwegen. Van daar wordt het met slijm opgehoest of uitgesnoten. Door inslikken van dit slijm kunnen wel deeltjes in het maagdarmkanaal komen. Dit gaat echter niet om grote hoeveelheden, wat de kans op gezondheidseffecten klein maakt.
Met name jonge kinderen kunnen wat grotere hoeveelheden stof binnenkrijgen, omdat zij vaker dan volwassenen hun handen in hun mond steken. Dit gebeurt bijvoorbeeld na het aanraken van vervuilde speeltoestellen, of na spelen in losse aarde, of in een zandbak waar stof is neergedaald.
Zichtbaar stof heeft daarnaast voor veel mensen invloed op hun welbevinden. Omdat het stof zichtbaar is, worden mensen zich bewust van de industrie in de buurt en van de luchtvervuiling. Dit kan het welbevinden aantasten en zorgen aanwakkeren. Dit is een niet te negeren gezondheidseffect.
Geur
In de IJmond is vaak sprake van geurhinder, ook stankoverlast genoemd. Bekende geuren zijn van de kooksfabriek, een zwavel (rotte eieren) geur, chemische geuren en metaal-/ ijzerachtige geuren. Het is lastig in beeld te brengen welke stof geurhinder veroorzaakt. Dat komt omdat geuren elkaar onderling kunnen beïnvloeden (versterken of maskeren), of dat mensen eenzelfde geur vaak verschillend omschrijven en er grote verschillen zijn in gevoeligheid voor geur.
Het ruiken van een geur betekent niet direct dat er sprake is van een effect op de gezondheid. Zwavelstoffen bijvoorbeeld worden bij een veel lagere concentratie opgemerkt dan dat er blijvend effect te verwachten is op de gezondheid. Een omgekeerd voorbeeld is fijnstof. Dat kan wel gezondheidseffecten veroorzaken, maar heeft geen geur.
Het waarnemen van hinderlijke geur op zich, heeft wel effect op de gezondheid en het welbevinden op dat moment. Sommige mensen krijgen last van misselijkheid, hoofdpijn of andere onaangename reacties. Deze klachten verdwijnen in de regel als de geur niet meer wordt waargenomen. Ook heeft het waarnemen van geur een alarmerend effect, zeker als er al zorgen bestaan over de luchtkwaliteit en het inademen van ongewenste stoffen. Daardoor bestaat de kans dat mensen hun gedrag hierop aanpassen (ramen sluiten, niet meer naar buiten gaan) met alle bijbehorende, negatieve gevolgen.