Nieuws
Geplaatst op: 13-04-2021 om 10:17 uur
Laatst gewijzigd op: 13-04-2021 om 10:19 uur

Solidariteit

In mijn columns heb ik het vaker over solidariteit gehad. In tijden van crisis is het essentieel om verder te kijken dan het eigen belang. Gelukkig zagen we dat het afgelopen jaar ook terug in onze regio. Een tal van mooie initiatieven is opgezet om elkaar te helpen en ondertussen lieten wij ons bij klachten testen om er zeker van te zijn geen naasten te besmetten. Ook landelijk kreeg solidariteit een gezicht door middel van een applaus voor medewerkers in de zorg.

U kunt zich vast nog wel herinneren dat er op 17 maart 2020 massaal geapplaudisseerd werd voor onze helden in de zorg. Een applaus om hen een hart onder de riem te steken en aan te tonen dat het land achter hen stond. Nu, ruim een jaar verder, lijkt dit applaus verstomd door een roep om meer versoepelingen. Om discussies over het vaccinatiebeleid of het tempo waarin Nederlanders gevaccineerd worden.

Dat vindt zijn doorslag op de werkvloer, waar zorgprofessionals zich nog steeds zeven dagen per week dag en nacht inzetten en geconfronteerd worden met de effecten van COVID-19. Of in onze vaccinatielocaties, waar personeel staat te popelen om veel meer mensen te vaccineren, maar dit niet kan vanwege een gebrek aan vaccins. Zij begrijpen niet waarom er in de media over hen gesproken wordt. Ze zijn er ten slotte klaar voor en kunnen veel meer aan dan zij nu doen.

Ik roep u dan ook op om juist in deze fase van de crisis solidair te zijn met elkaar. Het ministerie van VWS neemt in Nederland de besluiten over de aanpak van deze crisis. Als GGD Kennemerland voeren we een aantal belangrijke taken, zoals testen, bron- en contactonderzoek en vaccineren, met trots uit. Dat blijven wij ook doen. De besluiten van de rijksoverheid zullen nooit altijd ieders individuele belang dienen. Maar dienen uiteindelijk wel ons gemeenschappelijk belang: uit deze crisis komen. Laten wij als regio het goede voortouw nemen in deze laatste fase. We moeten het samen doen.

Column van Directeur Publieke Gezondheid Bert van de Velden.